HOE ONBETAALBAAR ZIJN WONINGEN NU ECHT

Als we gaan kijken naar hoe de huizenmarkt ervoor stond in 2021 dan kunnen we concluderen dat een gemiddeld huis ongeveer 386.000 euro kostte. De gemiddelde rente, die voor de komende tien jaar vast blijft staan, was 1,76 procent. Dat betekent dat wie een woning volledig kon financieren op maandelijkse basis 567 euro aan kosten kwijt was. Het gemiddelde huishouden had in 2021, aldus het CBS, 47.000 euro om te besteden. Dat betekent dat de financieringslasten daarmee uit 14,5 procent van de gezinsbestedingen bestond. Eigenlijk valt dit na alle nieuwsberichten en kranten koppen over de huizenmarkt nog enigszins mee. Ook de huizenmarkt blijkt hierdoor relatief.

Huidige situatie

De huizenmarkt was in 2021 dus onverwachts erg voordelig. Inmiddels liggen de huizenprijzen alweer stukken hoger en in combinatie met de stijgende hypotheekrente zorgt dit voor veel reuring. In vergelijking met het einde van 2021 zijn de huizen met 16,6, procent een heel stuk duurder geworden, een gemiddeld huis kost nu namelijk rond de 448.000 euro. Dit is natuurlijk nadelig voor mensen die opzoek zijn naar een huis, maar voor de huizenbezitters is dit een ander verhaal. Zij zijn in 15 maanden tijd gemiddeld ruim 50.000 euro rijker geworden.

De gemiddelde rente op een hypotheek was dus 1,76 procent, ook daar zien we een stijging naar 3,33 procent. Sinds 2021 zijn de financiën dan ook omhoog gegaan van 567 euro naar 1.243 euro per maand. Dit betekent dat hier veel meer geld naartoe gaat en dat gezinnen zich moeten weren tegen een verdubbeling van het bedrag.

Terug in de tijd

Gekeken naar het heden en de recente geschiedenis nemen we je graag nog wat verder mee terug in de tijd. Waren de huizenprijzen toen ook al zo belachelijk hoog? En hoe gingen we daar dan mee om?

Tien jaar geleden kostte een huis gemiddeld aanzienlijk minder, namelijk 227.000 euro. De hypotheekrente was wat hoger met 4,77 procent. Hierdoor kwamen maandelijkse lasten uit op 901 euro en dat was 29,4 procent van het besteedbare inkomen.

Gaan we nog wat verder terug in de tijd, zo’n 30 jaar geleden in 1992, dan zal je zien dat de gemiddelde huizenprijs 186.200 gulden was. Dit is omgerekend 84.500 euro. Dit bedrag valt te verrekenen met een besteedbaar inkomen van 19.465 euro. De hypotheek rente bedroeg 9 procent waardoor de maandelijkse lasten 622 euro waren en daarmee 39,1 procent van het inkomen.

En veertig jaar geleden lag de gemiddelde huizenprijs op 63.500 euro (omgerekend). Daar tegenover stond een vergelijkbare hypotheekrente van 10,5 procent. Een gezin was daarmee 556 euro kwijt aan hun woning, met een inkomen van 16.427 euro. De financieringslasten bedroegen dan ook 40,6 procent. Dit waren wel andere tijden doordat er toen nog premie koopwoningen waren, de hypotheekrente volledig aftrekbaar was, er geen aflossingsvrije hypotheken waren en het was vaak alleen de man die werkte.

Conclusie naar aanleiding van het verhaal

Goed gekeken naar alle gegevens en berekeningen komt hieruit naar voren dat huizen eigenlijk altijd al onbetaalbaar zouden zijn. Pas als we nu een hypotheekrente van 4,75 procent zouden krijgen, wordt het huishoudboekje net zo groot als de voorgaande jaren. Dit betekent dat woningkopers en bezitters de afgelopen jaren de juiste keuzes hebben gemaakt en op de juiste manier hebben gehandeld. Het is dan ook noodzaak dat wij dat in deze periode ook weten te doen.