
NIET MEER, MAAR MINDER SOCIALE HUURWONINGEN
Dat het kabinet de ambities heeft om binnen afzienbare tijd genoeg woonruimte te creëren mag geen geheim zijn. Men wil nieuwe woningen laten bouwen die betaalbaar zijn, dat is ten minste een maatregel voor het nijpende woningtekort wat zich voordoet. Maar betaalbare woningen vindt men normaliter met name in de sociale huursector en deze sector – zo blijkt – neemt al jaren in omvang af. En dit terwijl deze sector de gewone burger aan een woning moet helpen.
Het totaal aantal ingeschreven personen voor een sociale huurwoning neemt enorm toe. De plannen van het kabinet doen voorlopig geen stof opwaaien, er is geen ommekeer in deze trend. Hoog leraar Johan Conijn concludeert dit naar aanleiding van deze rapportage. De trend is dalend en blijft voorlopig dalend, zo stelt hij. In 2012 viel 30% van alle woningen in Nederland onder de noemer sociale huur, nu in 2022 is dat 3% minder. De prognose is dat de daling intensiveert en in 2030 op 25,7% zal uitkomen.
Ambities en realiteit
De Jonge zou de sector weer laten groeien, hij wil dit doen met ambitieuze bouwplannen: tot wel 250.000 nieuwbouwwoningen voor de sociale sector. Echter, de minister van Volkshuisvesting verliest hierbij een paar zaken uit het oog. Zo worden er volgens Conijn ook 87.000 woningen gesloopt en zullen woningcorporaties ook rond de 63.000 woningen verkopen.
Het aanbod van de sociale huurwoningen zal wel stijgen, maar de groei steekt daarbij schril af tegen die van de koop- en particuliere sector. Deze zullen verhoudingsgewijs veel harder zullen gaan groeien. Naar rato schiet de sociale sector hier dus percentueel minder hard door.
Tegenwerking
Een alternatief voor de sloop van de bestaande woningen lijkt er niet te zijn. De woningen in kwestie verkeren in een dusdanige situatie, waar sloop de enige optie is. Daarnaast zouden de woningcorporaties ervoor kunnen kiezen om niets uit de bestaande voorraad te verkopen, maar dat blijkt ook geen optie vanwege de behoefte aan financiële middelen voor het realiseren van de beoogde nieuwbouwprojecten. Wat blijkt, van de 100 gerealiseerde nieuwbouwwoningen, bleven er maar 16 over vanwege de benoemde terugval.
De wind tegen
Met de borst vooruit, dat is de intentie van De Jonge, er zullen 250.000 woningen bij komen! Conijn trekt dit aantal in twijfel, de kapitaalmarktrente is op dit moment gestegen en werkt de ambitieuze plannen tegen. Er is een kans dat de 250.000 woningen er komen, maar dat is in het meest ideale scenario. Werken de alle factoren tegen, dan luidt de prognose dat in 2024 slechts 8% van deze doelstelling financieel haalbaar zijn.
Dit is ook een behoorlijke kluif voor gemeenten, want De Jonge deelde vorig jaar mede dat 30% van de woningtotalen tot de sociale sector zou moeten behoren.
Bent u benieuwd wat dit gaat betekenen voor uw eigen beleggingen in de vastgoedmarkt. Wilt u weten waar nog kansen liggen en hoe u anno 2023 kunt beginnen met een vastgoedportefeuille? Neem dan vrijblijvend contact op met de professionals van STERK-in.